Avondteam NBSB
Wij spelen met een avondteam en een bekerteam in de regionale competitie:
- Het avondteam in Avond A1;
- Het bekerteam in Beker A.
9 oktober 2025 – Bekerteam Waalwijk – Bergen op Zoom
En we bekeren verder (in de NBSB)
Afgelopen donderdag, 9 oktober, was de eerste bekerwedstrijd van deze competitie tegen Bergen op Zoom. Altijd spannend en de beker is voor onze sterkste speler voldoende aanleiding om zijn schaakkloffie uit de kast te trekken en zich gemotiveerd op het eerste bord te werpen. Toch konden we niet op volle oorlogssterkte aantreden. Ad Kroot melde zich op het laatste moment ziek en werd vervangen door Joost Duquesnoy die, zoals het een verstandige non-playing captain betaamd, tactisch op het vierde bord werd geplaatst. Daardoor schoven Sander van Dijk en Stan Heijmans een bordje omhoog.
Dat ondergetekende inviel berustte ook nog eens op een misverstand. Zoals tegenwoordig te doen gebruikelijk verliep de communicatie via WhatsApp (moeten we in het kader van de boycot van producten uit de VS niet op een ander medium overschakelen?). De conversatie ging als volgt:
Het gaat mis bij mijn vraag. De stukjes voor het weekblad worden wekelijks bij toerbeurt geschreven. Ik verkeerde in de veronderstelling dat dit dus om de journalistieke plichten ging, mij niet bewust van dat er voor het avondteam een wedstrijd gepland stond. Uit de verdere conversatie werd dat ook niet duidelijk dus stond ik op donderdag opeens verbijsterd te kijken naar het vierde bord (heb ik niet hoger verdiend?) en zag ik een week lang voorbereiding, en ik neem dat serieus, op een wedstrijd in de interne competitie in het putje verdwijnen.
Op zich bracht dat ons in evenwicht met Bergen op Zoom want ook mijn tegenstander was er op het laatste moment bij gescharreld vanwege een ziekte geval aldaar (Zelfde kinderdagverblijf? Dat is ver rijden!!).
Over het verloop van de wedstrijd kan ik kort zijn alhoewel we toch met z’n allen lang bezig waren Wat een indicatie voor de vechtlust van beide teams is. Er zij daarbij aangetekend dat (semi)tijdnood bij drie partijen speelde. Semi betekent in dit geval dat er nog een paar minuten op de klok stonden. Er was slechts één partij waar echt wel sprake was van tijdnood.
Bord 1. Joost kreeg een Bent Larsen opening voorgeschoteld (1 b2-b3). Ulf Anderson speelde dat ook vaak, deed dan heel lang niks, kwam in een eindspel en won dan. Hoe het precies ging weet ik niet maar Joost won een pion en die stond op het einde op c2 met zijn blik op c1 gericht (zo zit het zo’n beetje in mijn hoofd). De witspeler hield het toen voor gezien.
Bord 2. Remise. Een beetje een Sander partij, denk ik. Sander bood twee keer remise aan waarbij de tweede keer geaccepteerd werd. De eindstelling een pionneneindspel met wit drie tegen 2 pionnen op de damevleugel en zwart 4 pionnen, waarvan een dubbel, tegen drie pionnen op de koningsvleugel.
Bord 3. Stan verliest. Net als bij het avondteam zat ik naast hem (wie kan zich niet de studieachtige manier waarop zijn tegenstander toen remise had kunnen houden herinneren?). Deze keer ging het goed mis. Wit kreeg een dijk van een aanval wat haar tenslotte een stuk opleverde. Misschien had Stan nog een beetje compensatie omdat de witte damevleugel slecht ontwikkeld was, maar eerlijk gezegd betwijfel ik dat. Wel kwam wit in vliegende tijdnood maar de 15 seconden increment behoedde haar voor een vallende vlag (valt die nog bij een digitale klok?). De situatie was toe al zo eenvoudig dat er niks meer mis kon gaan met wit.
Bord 4. Ik speelde een degelijke partij, als zeg ik het zelf. Een schijnoffer van een paard leverde mij het initiatief en het loperpaar op. Mijn tegenstander leverde het een geïsoleerde pion op terwijl zijn plan nooit van de grond is gekomen. Te partij eindigde doordat mijn pion op c7 dreigde naar c8 (of eventueel d8 met loperwinst) te gaan. Een soort spiegelbeeld van de winst van andere Joost op bord 1.
Voor het Bergen op Zoomse bekerteam werd stoptober werkelijkheid en wij bekeren vrolijk door.
Joost Duquesnoy
25 september 2025 Avondteam – Waalwijk A – De Baronie A
De vaart zit erin
Dat kunnen we wel stellen. Wint onze eerste de eerste wedstrijd tegen ’t Paardje met 7 tegen 1, het avondteam maakte gehakt van De Baronie A, altijd een beetje een angstgegner voor Waalwijk, met 3,5 – tegen 0,5. Voor wat de speelsterkte betreft was dit resultaat allerminst te verwachten. De individuele speelsterktes ontliepen elkaar geen honderden ELO punten en op papier was de gemiddelde sterkte van De Baronie een dikke 10 ELO punten hoger dan die van Waalwijk.
Op bord één speelde de clubkampioen die de zenuwen van onze teamleider tartte door vrij laat te verschijnen. Ad was als eerste klaar en sleepte een niet onverdienstelijk halfje binnen gezien het verloop van de partij. Althans, voor zover ik het kon beoordelen. Het was wit die het initiatief had en Ad stond nogal gedrongen.
Bord twee, Stan Heijmans, is min of meer een verhaal apart. Daar zat ik dus naast, op bord drie, en kon de partij een beetje volgen. In eerste instantie leek er mij weinig aan de hand, maar ik kan mij natuurlijk vergissen. Toen ik rond een uur of halfelf of daaromtrent naar het bord keek bleek Stan een kwaliteit (of was het een toren?, ik weet het niet meer) achter te staan met een minimum aan compensatie, zo er al van compensatie sprake was. Misschien was die te zoeken in dat Stan een paard had dat met een schuin oog naar de koning keek. Dat paard wist uiteindelijk wel de kwaliteit (of was het een toren?, ik weet het niet meer) terug te winnen waarna Stan toch mooi een pion meer had.
En even later gaf de tegenstander van Stan op omdat zijn koning in een matnet verzeild leek te zijn geraakt. Leek, ja leek, want op het moment van opgeven kon zwart met een werkelijk magistrale zet de veilige remise haven binnenvaren. Er moet gezegd, het was geen eenvoudige zet. Er zullen eindspelstudies komen waar deze zet de sleutelzet wordt en die eindspelstudies zullen prijzen winnen, vooral eerste prijzen. Niet alleen heeft Stan zijn tegenstander de remise gemist maar ook nog eens de eeuwige roem in eindspelland. Maar het moet gezegd, de zet was niet eenvoudig te vinden.
Op bord drie nam ik de honneurs waar. Voor het eerst sinds dit door omstandigheden en een verdiende, al zeg ik het zelf, vakantie mogelijk was. Je kunt dus niet zeggen dat ik niet uitgerust was. Mijn tegenstander zette de partij nogal passief op en vanuit de opening kreeg ik een kleine plus die eigenlijk nooit verdwenen is. Die plus culmineerde in een halfopen H-lijn gevolgd door een open H-lijn waarna de partij beslist werd door mijn tegenstander te H-lijnen wat een stuk en daarmee de partij opleverde.
Teamleider Hans Sinnige had zichzelf op het vierde bord geplaatst. Daar verscheen een Siciliaanse Draak op het bord. Volgens mij een opening die je niet zo vaak meer ziet en waarvan Fischer ooit gezegd heeft dat je met wit een pion op h5 moet offeren om daarna in de aanval te winnen. Zo ging het niet helemaal in de zin van dat er een pion op h5 geofferd werd. Bij de kenners onder ons is het bekend dat de Draak een ingewikkelde opening is en dat zwart vaak een kwaliteit op c3 moet geven om de aanval te krijgen. Dat gebeurde net zomin als het pionoffer op h5. Beide spelers mistte een paar keer de beste voortzetting en zwart deed dat als laatste waarna wit bekwaam het karwei afmaakte.
Als we dit tempo vol weten te houden dan gaat het dit seizoen helemaal goed komen.
Joost Duquesnoy